1. in het oude Romeinse woonhuis de open, centraal gelegen binnenplaats waarop de verschillende vertrekken uitkwamen. Later noemde men ook de open voorhal een atrium;
2. voorhof bij tempels en oudchristelijke kerken.
Gepubliceerd op 24-03-2021
betekenis & definitie
1. in het oude Romeinse woonhuis de open, centraal gelegen binnenplaats waarop de verschillende vertrekken uitkwamen. Later noemde men ook de open voorhal een atrium;
2. voorhof bij tempels en oudchristelijke kerken.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: