te beschouwen als een aanvangsoefening voor mensen die nog nooit aan Yoga hebben gedaan en die vanwege hun rusteloosheid van nature zich moeilijk kunnen concentreren. Op een stoel gaan zitten, knieën iets uit elkaar, handen in elkaar in de schoot leggen met de handpalmen omhoog, ogen sluiten.
Alle concentratie aanwenden op de voeten en die zwaar en zonder spanning op de grond zetten, daarna de benen volkomen ontspannen. De aandacht vervolgens concentreren op het ontspannen zitten, tot het lichaam zwaar wordt van zichzelf. Vervolgens armen en handen ontspannen [de vingers afzonderlijk niet vergeten], daarna de schouders, de nek en het gezicht. De o. bestaat uit het voortdurend controleren of ieder onderdeel van het lichaam nog in de ontspannen toestand is. Wanneer men er zeker van is dat de handen ontspannen zijn, dan terug naar de voeten. Wanneer men de gelaatsspieren heeft gecontroleerd, dan zien of de buik wel volledig ontspannen is.
Rustig door de neus ademhalen en niet bewegen. Deze oefening beslist niet langer doen dan tien minuten; dagelijks herhalen. Wanneer men zich kan ontspannen op louter wilsinspanning, dan beginnen aan lichte Pranayama-oefeningen.