XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Huizen van bewaring

betekenis & definitie

Huizen van bewaring - Het oudste aan het Kleine-Gartmanplantsoen, in de wandeling "de Weteringschans" genoemd, werd in 1847 in gebruik genomen, in plaats van het Rasphuis* (zie ook: Stadsboeien). Het was een hoog somber gebouw, in 1844 ontworpen door architect I. Warnsinck (1811-1857) en de Waterstaatsingenieur J.G. van Gendt sr (1803-1875). Het gebouw, met zijn 224 cellen, stuitte bij een aantal burgers op bezwaren vanwege de eenzame opsluiting. Daarom werd het publiek vlak voor de opening in de gelegenheid gesteld alles te bekijken: cellen, keurig gepleisterd en met cementen vloer, voorzien van stromend water, een wasbak en een raam, dat frisse lucht toeliet.

Aan alle hygiënische eisen van toen was voldaan, eisen die bij talloze woningen nog bij lange na niet werden bereikt. De naam "Burcht in het Rode Dorp", zoals "de Weteringschans" wel genoemd werd, herinnert aan het feit dat het groepje huizen in die omgeving rode daken had. Behalve het "Rode Dorp" heette het huis van bewaring ook de "Onvrije gemeente", in tegenstelling tot de Vrije Gemeente* op nr. 6. Het tweede huis van bewaring werd in 1892 geopend aan de Amstelveenseweg, en als derde was sinds 1941 het oude landverhuizershotel van de Koninklijke Hollandsche Lloyd* aan de Oostelijke Handelskade in gebruik. Het is in 1965 als jeugdgevangenis ingericht. Reeds in de jaren zestig is gesproken over sluiting en afbraak van "de Weteringschans". In 1959 klopte de Zandvoortse hotelmagnaat N. Bouwes* bij de gemeente aan. Hij wilde de gevangenis, zodra deze leeg kwam, laten slopen en op het terrein aan de Singelgracht een combinatie van een hotel en appartementen bouwen. Daartegen rees verzet, dat gebundeld werd in de plangroep "Bouw-es-wat-anders".

Inmiddels was een nieuw gevangeniscomplex bij Duivendrecht na een bouwtijd van drie en een half jaar, de Penitentiaire Inrichtingen Overamstel aan de Wenckebachweg, gereedgekomen. Deze instelling, die in de volksmond de Bijlmerbajes of Dievendrecht wordt genoemd, werd gebouwd door de aannemerscombinatie Nedam en de BAM o.l.v. het architectenbureau W.J.H.C. Poten J.F. Pot-Keegstra. De kosten bedroegen ongeveer 150 miljoen gulden. Op 5 mrt. 1979 werd de Bijlmerbajes door het oud-Tweede-Kamerlid jkvr. mr C.W.J. Wttewaall van Stoetwegen geopend. Zij was de eerste die zich sterk maakte voor een nieuwe vrouwengevangenis. Het hele complex bestaat uit zes torenflats van veertien verdiepingen. Een van deze torenflats is bestemd als vrouwengevangenis, twee torens voor de huizen van bewaring I en II, twee voor extra mannentorens en één toren is in gebruik als psychiatrische kliniek.

In elke toren kunnen 120 gedetineerden worden geplaatst; elke cel is identiek: 4,5 bij 2,4 m. De namen van de torens werden door staatssecretaris Haars bekendgemaakt: de huizen van bewaring I en II heten "De Schans" en "De Weg", de vrouwenafdeling heet "De Singel" en de overige drie huizen van Bebaring werden "Het Schouw", "Het Veer" en "Demersluis" gedoopt. In 1987 werd de Bijlmerbajes uitgebreid met 50 voorlopige cellen (48 gewone en 2 voor isolatie) voor jeugdige gevangenen, gebouwd op de plaats die was gereserveerd voor de zevende toren. Deze is nooit gebouwd. Hier werd het sportveld voor het personeel aangelegd. Nadat "de Weteringschans" was ontruimd, was er in sept. 1979 gelegenheid om te "loeren in de lik", waarvan 80.000 mensen gebruik maakten. Aan de bezoekers werden suggesties gevraagd, wat er met het leeggekomen gebouw moest gebeuren. 68 procent sprak zich uit voor instandhouding van het complex, 13,5 procent voor sloop. De suggesties liepen uiteen van theater- bouw, woningbouw en horeca tot kantoren, terwijl er ook waren die een opvang voor gescheiden mannen, een Romeins bad en een crossterrein voorstelden. De gemeente richtte een werkgroep op die ervoor moest zorgen dat, tot het moment dat de plannen voor dit gebouw uitgevoerd konden worden, allerlei activiteiten in het complex plaatsvonden. In de werkgroep zaten de "Stuurgroep meningspeiling Leidseplein" en namens de gemeente het Grondbedrijf*.

Het plan van "Stichting de Luchtplaats" om op het binnenterrein een theaterterras te maken, kreeg in 1982 vaste vorm. Er kwamen een theaterpodium en orkestbak, een kinderweide en enkele winkeltjes op de binnenplaats. Het terras was vanuit de Stadhouderskade met de boot van ex- provo Robert Jasper Grootveld bereikbaar. Daarvan maakte wethouder Schaefer* op 1 juni 1982 gebruik om het muziektheaterterras te openen. In 1981 konden in het voormalige huis van bewaring cellen (voor ƒ 50 per maand) gehuurd worden; daarvan werd veel gebruik gemaakt. In 1986 werd het voormalige Huis van Bewaring gesloopt; alleen het zogenoemd kruisgebouw van het complex bleef gehandhaafd.

Van het aangrenzende Lido* bleef alleen het villagedeelte bestaan. Dit werd de ingang van het grootste casino van Nederland met 26 speeltafels en 400 automaten, dat in 1989 gereedkwam. Het uit 1882 daterende huis van bewaring in de Havenstraat werd in 1978 gesloten. Op 14 mei 1987 heropende staatssecretaris Korte-Van Hemel deze geheel verbouwde gevangenis. De verbouwing kostte ongeveer twintig miljoen gulden en het complex telt 198 cellen. Boven in de koepel hangt een grote ring van spiegelglas, ontworpen door Felix van Beek, en op de luchtplaats staan twee kunstwerken van Otto Hamer.

LIT. F.J. Dubiez, De Amsterdamse architecten A.L. en A.D.N. van Gendt, O.A. 1969, 62; J.H. Kruizinga, Herinneringen aan cel A-2-20 op de Weteringschans, O.A. 1970, 114; Pieter Spierenburg, Voorlopers van de Bijlmerbajes, O.A. 1982, 260; Ellen Fleurbaay, Inscripties in de "Boeien", O.A. 1982, 264; Mare Adang, Gevangenisbouw, O.A. 1982, 275.