XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 21-06-2018

Braat, Leendert Pieter Johan (1908-1982)

betekenis & definitie

Braat, Leendert Pieter Johan (1908-1982) - Beeldhouwer, schrijver en dichter, groeide op in het beschermde milieu van een doktersgezin in Arnhem. Hij werd leerling van de beeldhouwer en tekenaar G.J. Jacobs van den Hof. In Amsterdam raakte hij bevriend met Hildo Krop*, Johan Polet, Edgar Fernhout, Mari Andriessen*, Jan Wiegers, Nico Rost, Jan Greshoff, Apie Prins en Evert Straat, die politiek vrijwel allen links en anti-fascistisch waren. Leo Braat werd penningmeester van de Ned.

Kring van Beeldhouwers, waarvan Gerrit Jan van der Veen* secretaris was. Beiden belandden in het verzet en werkten mee aan het illegale blad De Vrije Kunstenaar. Hij werd na de oorlog door koningin Wilhelmina ontvangen op Anneville, het Militair Gezag stak hem in een fraai officierspak en hij trok naar Londen en Parijs. In 1945 werd hij oprichter van de Kroniek van Kunst en Kultuur, die het tot 1961 uithield. In 1966 schreef hij zijn herinneringen, "Omkranste hiaten". Hij vervaardigde o.a. de gedenksteen in de zijgevel van de Stadsschouwburg (1951).

LIT. Evert Werkman, Leo Braat behield zijn strijdbaarheid, Het Parool 20 juli 1982.

< >