Gepubliceerd op 18-08-2020

Bokkenrijders

betekenis & definitie

Roovers, die in het laatst der 18de eeuw in Zuid-Limburg woonden en die, naar het volksgeloof op bokken door de lucht reden. In de Fluweelen grot van Valkenburg ziet men afbeeldingen van hun samenkomsten.

Misschien is de bok de voorstelling van den duivel, zooals men die ook in den Harz kent, alwaar op 1 Mei de heksen in de gedaante van geiten op den Bloksberg zouden dansen (heksensabbath).