Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 19-04-2021

schurft

betekenis & definitie

(1973) (mar.) overgebleven kliekjes aardappels, vlees enz., opgewarmd voor de officieren.

• In de schurft- balie heeft men de overgebleven kliekjes van de Ie en Ile klas passagiers dooreen gegooid. En daarop wachten de matrozen als honden, elkander de vette hapjes afgraaiend. (Martin Mooij: Links richten, Nummers 1-12. 1973)
• Bij de marine was 'schurft' vroeger de benaming van allerlei door elkaar gehusselde kliekjes, die de manschappen opgewarmd weer kregen voorgeschoteld. Het weinig appetijtelijke uiterlijk van het prakje zal sterke overeenkomst hebben vertoond met de hevig jeukende, etterende korsten van de besmettelijke huidziekte schurft. (Algemeen Dagblad, 18/03/1995)