(1913) (Barg.) sleutel met twee of meer tandjes aan de pijp.
• De dingen die ‘de jongens van de vlakte’ veel bezig houden, hebben velerlei namen. Sleutels b.v. worden onderscheiden naar de vorm in bovenkruis, onderkruis, middendek, dopkien, kaskien (kien is 't algemene woord voor sleutel), Engelsman en Fransman;.. (De Nieuwe Taalgids. Jaargang 7. 1913)
• Fransman: sleutel met twee of meer tandjes aan de pijp. (E.G. van Bolhuis: De Gabbertaal. 1937)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk