Bitverlies (1) Bij een magneetband is dit een vastgelegd signaal, waarvan de amplitude kleiner is dan een vooraf bepaald percentage van een referentiesignaal.
(2) Bij het verzenden van gegevens is dit een tijdelijk verlies van de signaalsterkte, gewoonlijk veroorzaakt door ruis of een storing van het systeem.
(3) De onmogelijkheid een bit uit het magnetisch geheugen te lezen.
(4) Een fout bij het opslaan of opzoeken in een magnetisch geheugen, die tevoorschijn komt als gevolg van de onmogelijkheid een binair teken te lezen. Bitverlies wordt gewoonlijk veroorzaakt door storingen in, of de aanwezigheid van verontreinigingen op, het magnetisch oppervlak.