Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 14-08-2018

Pogódin

betekenis & definitie

Pogódin (Michaïl Petrowitsj), een Russisch geschiedschrijver, geboren den llden November 1800 te Moskou, ontving zijne opleiding aan de universiteit aldaar, en schreef reeds vroeg een commentaar op de „Oden” van Horatius en bijdragen in het tijdschrift: „Wjestnik Evropy”, door Karamsin geredigeerd. Zijne dissertatie: „Over den oorsprong der Russen (1135)” vond grooten bijval, en hij zag zich in 1828 tot buitengewoon en in 1835 tot gewoon hoogleeraar in de Russische geschiedenis benoemd te Petersburg, in 1841 tot lid der Académie aldaar en in 1852 tot staatsraad in werkelijke dienst. Hij bezorgde eene vertaling van de „Ideen” van Heeren en van den „Götz von Berlichingen” van Göthe, en schreef het historisch treurspel: „Marfa Posadnica (1831)”, — „Novellen (1833, 3 dln)”, — het drama „Pseudodemetrius (1835)”, en onderscheidene geschiedkundige werken, zooals: „Over het karakter van Iwan de Wreede (1828)”, — „Over de medepligtigheid van Godoenow aan het vermoorden van Demetrius (1829)”, — „Over de Kroniek van Nestor (1935)”, — en in 1841 stichtte hij het historisch tijdschrift: „Moskwitjanin”. Nadat hij reeds in 1839 in eene memorie aan den Grootvorst-troonopvolger mededeeling gedaan had van zijne panslavistische gevoelens, volbragt hij in 1846 en 1849 merkwaardige reizen door de Slawische provinciën van Oostenrijk en openbaarde in zijne „Staatkundige brieven” het gevoelen, dat niet alleen Turkije, maar ook Oostenrijk in het belang der Slawen moest vernietigd worden.

Voorts behoorde hij in 1858 tot de stichters van het Slawencomité te Moskou, hetwelk ten behoeve van de ondersteuning en vereeniging der Slawen buiten Rusland werkzaam is. Eindelflk heeft hij een aanvang gemaakt met het schrijven eener uitgebreide geschiedenis van Rusland, waarvan in 1854 het 7de deel verscheen. Zijne staatkundige bemoeijingen gunden hem echter geen tijd om haar te voltooflen. Voorts schreef hij: „Geschiedkundig onderzoek naar den oorsprong van het lijfeigenschap (1858)” en „Verhandeling over het procés van den grootvorst Alexéi Petrowitsj (1860)”. Hij overleed den 12den December 1875.

< >