Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Montpellier

betekenis & definitie

Montpellier, de hoofdstad van het Fransche departement Hérault, ligt in een bevallig oord 7 Ned. mijl van de Middellandsche Zee en is amphitheatersgewijs gebouwd aan de helling van een berg, langs wiens voet de Lez hare wateren voortstuwt. De stad heeft uit de verte met hare koepels en torens een indrukwekkend voorkomen, maar van binnen is zij, met uitzondering van de nieuwe voorsteden en boulevards, naauw en hoekig gebouwd.

Zij is verdeeld in 6 wijken en telt bijna 59000 inwoners (1872). Tot de merkwaardigste gebouwen behooren er: het paleis van Justitie, met een zuilengevel ter breedte van 60 Ned. el en met de standbeelden van Cambacérès en den cardinaal Fleury, de école de médecine met fraaije zalen, een ontleedkundig muséum en eene boekerij van 30000 deelen, het stadhuis, de schouwburg met een gevel in Dorischen stijl en het ziekenhuis. Op het beplante plein Peyron, versierd met een ruiterstandbeeld van Lodewijk XIV, verheft zich een terras met eene groote waterkom, wier drinkwater over een afstand van 14 Ned. mijl derwaarts wordt gevoerd. Onder de 24 kerken is de hoofdkerk van St. Pierre wegens hare kunstgewrochten het belangrijkst.

Montpellier is de zetel van het departementaal bestuur, van een bisschop, van een Hervormd consistorie, van eene académie, van eenige regtbanken en van onderscheidene consuls van buitenlandsche Mogendheden. De universiteit, eene der oudste van Europa, bestaat uit 3 faculteiten; zij verrees in 1180, nadat er reeds sedert den aanvang der 10de eeuw eene geneeskundige school had bestaan, door uit Spanje verdrevene geneesheeren gesticht. De hiermede verbondene botanische tuin is de oudste van geheel Frankrijk; hjj werd gesticht door Hendrik IV en heeft eene oppervlakte van 44400 Ned. el. Voorts vindt men er eene hoogeschool voor artsenijmengkunde, een seminarium, een lycéum, opleidingsgestichten voor onderwijzers en onderwijzeressen, muziek- en ambachtsscholen, eene stads- en universiteitsbibliotheek, ieder met ongeveer 35000 deelen, een muséum voor schilderijen, medailles, vazen enz., een kabinet voor natuurlijke historie, eene sterrewacht, onderscheidene inrigtingen van weldadigheid en talrijke genootschappen.

De nijverheid bloeit er ongemeen. Men heeft er eene groote fabriek van stearinekaarsen, waskaarsen en zeep met 400 werklieden, werkplaatsen voor marmer en andere gesteenten, fabrieken van instrumenten, wolwasscherijen, korenmolens aan de Lez, looijerijen, ijzer- en kopergieterijen. Voorts is er een levendige handel, vooral in wijn en brandewijn, alsmede in graan, vee, zout, olie, hennep, zijde, wol en allerlei voorwerpen van behoefte en weelde. Tot bevordering der gemeenschap dient de spoorweg, van Nîmes over Montpellier naar Cette, waar de handelsartikels aan boord worden genomen, de spoorweg naar Lodève en het kanaal langs de Lez.

— Montpellier is het Mons pessulanus of Mons puellarum der Romeinen en was in de 10de eeuw nog een dorp, hetwelk toebehoorde aan den bisschop van Maguelonne. Van 1162—1258 werden er onderscheidene conciliën gehouden. In 1276 verviel het aan de koningen van Majorca, en in 1349 door aankoop aan Philippus VI van Frankrijk. In 1538 werd de bisschopszetel van Maguelonne naar Montpellier verlegd. Ten tijde van Hendrik III maakten de Hugenoten zich meester van deze stad en stichtten er eene soort van republiek. Eerst na eene langdurige belegering gaf zij zich over, en met den aldaar gesloten vrede (21 October 1622) eindigde de negende Hugenotenoorlog.