Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 09-08-2018

Moezel

betekenis & definitie

Moezel (De), in het Latijn Mosella en in het Fransch Moselle, is eene linker zijrivier van de Rijn en ontspringt op de westelijke of Fransche helling der Vogezen, en wel op het zuidelijk gedeelte tusschen den Drumont en den Elzasser Belchen uit 2 bronnen, welke zich bij St. Maurice vereenigen. Zij stroomt door de Fransche departementen Vosges en Meurthe et Moselle, eerst in eene noord westelijke rigting tot aan Toul, alwaar zij slechts 15 Ned. mijl verwijderd is van de Maas, daarna in eene noordoostelijke tot aan Frouard, en dan in eene nagenoeg noordelijke tot aan Metz en Diedenhoven (Thionville). Op dezen togt bereikt zij beneden Pont à Mousson het Duitsche grondgebied en gaat bij Novéant geheel en al daarop over.

Van Diedenhofen af heeft zij hoofdzakelijk eene noordoostelijke rigting. Van Sierk ongeveer tot Wasserbillig vormt zij de grens tusschen Rijn-Pruissen en Luxemburg, en bereikt bij Coblenz de Rijn. In den aanvang beweegt zij zich tusschen rotsachtige hoogten door een vochtigen grasgrond tot Epinal, waar zij van de Vogezen overgaat in de hoogvlakte van Lotharingen. Hier blijven de zoomen van haar dal veelal steil. Van Metz tot Diedenhofen wijken op den linker oever die hoogten meer achterwaarts en het vruchtbare dal is er met weiden en bouwlanden bedekt. Van Sierk tot aan haren mond vloeit zij echter meestal weder voorwaarts tusschen hooge, steile rotswanden. De voornaamste steden aan de Moezel zijn in Frankrijk, Remiremont, Epinal, Toul en Pont a Mousson, en in Duitschland: Metz, Diedenhofen, Trier en Coblenz. Hare belangrijkste zijrivieren zijn: de Moselotte, Meurthe en Seille op den regter, en de Madon, Orne en Sauer op den linker oever, — voorts nog de Saar op den regter oever, en de Kyll, Lieser, Alf en Elz op den linker oever.

De lengte der rivier bedraagt 505 en de lijnregte afstand van de bron tot den mond 278 Ned. mijl. De breedte der rivier is bij Toul omstreeks 40, bij Metz ruim 60 en tusschen Trier en Coblenz 150—200 Ned. el. De diepte is bij Metz gemiddeld 1,5 Ned. el. Zij is van Frouard af voor kleine vaartuigen bevaarbaar, en om de scheepvaart op deze rivier te bevorderen, is boven Metz tot aan de grenzen het Moeze kanaal gegraven. Van Trier tot Coblenz is de vaart lastig en langdurig wegens de talrijke kronkelingen der rivier. De Moezelpramen zijn sterk gebouwd en doorgaans 25 Ned. el lang en 6 Ned. el breed. De stoomvaart op de Moezel van Trier naar Coblenz wordt bediend door een tweetal maatschappijen. Alle groote steden aan de Moezel zijn door spoorwegen met het Europésche spoorwegnet verbonden.

Ook wordt thans als een deel van den grooten strategischen spoorweg Berlijn—Metz de Moezelbaan aangelegd, namelijk een spoorweg van Coblenz over Trier naar Sierk. De oevers der rivier van Trier tot Coblenz zijn schilderachtig schoon en reeds door den Romeinschen dichter Ausonius verheerlijkt. Men vindt er veel wijngaarden, die den hooggeprezen Moezelwijn opleveren. Zij beslaan 3750 Ned. bunders en leveren jaarlijks 142000 Ned. vaten. De meeste Moezelwijnen zijn wit van kleur en hebben eenen groenachtig-gelen tint.

Zij zijn ligt, frisch en verkoelend en hebben een hoogst aangenamen geur, bevatten meer zuur dan de Rijnwijn, maar zijn zeer gezond. In den regel blijven zij niet langer dan 10 tot 12 jaar goed. De geringere soorten worden grootendeels gebezigd tot het vervaardigen van moussérende wijnen en in het algemeen gegalliseerd (zoeter gemaakt). De roode Pisporter Moezelwijn gelijkt op den Ahrwijn, doch moet voor dezen onderdoen. Tot de beste Moezelwijnen behooren Brauneberger, Pisporter, Laurentiusberger, Trarbacher, Zeltinger, Oligsberger en Bernkastler.

Het voormalig Fransche departement van de Moezel (Moselle) bestond uit het landje Messin (gebied van Metz), een gedeelte van het hertogdom Lotharingen en Bar en een gedeelte van de 3 bisdommen Metz, Toul en Verdun, en had Metz tot hoofdstad. Het verviel na den Duitsch-Franschen oorlog (1870—1871) bijna geheel aan Duitschland, en het overblijvend gedeelte werd met dat van het departement Meurthe tot het nieuwe departement Meurthe et Moselle vereenigd.

< >