Katerkamp

betekenis & definitie

Katerkamp (Johann Theodor Hermann), een verdienstelijk beoefenaar der kerkgeschiedenis uit het kerkgenootschap der R. Katholieken, werd geboren den 17den January 1764 te Ochtrup, bezocht het gymnasium te Munster, wijdde er zich voorts aan de studie der godgeleerdheid en ontving in 1787 de priesterwijding. Hij reisde voorts als onderwijzer van de zonen van den rijksvrijheer von Droste-Vischering 2 jaar in het zuiden van Europa, werd in 1819 gewoon hoogleeraar in de kerkgeschiedenis en het kerkelijk regt en in 1831 ook domdeken te Münster, en overleed aldaar den 8sten Julij 1834. Van zijne geschriften noemen wij: Ueber den primat des Apostels Petrus und seiner Nachfolger (1820),’, — „Geschichte der christliche Kirche (1823—1834, 5 dln, ook in het Nederlandsch vertaald)”, — en „Denkwürdigkeiten aus dem Leben der Fürstin Amalia von Gallitzin (1828, 2 dln; 2de druk 1838).”