Eszlair (Ferdinand), een verdienstelijk Duitsch tooneelspeler, naar men meent een telg uit het adellijk geslacht van Khevenhüller, werd geboren te Eszek in 1772. Op 23-jarigen leeftijd betrad hij het tooneel te Innsbrück, en kort daarna begaf hij zich naar Passau, waar hij het onderwijs genoot van Schopf.
Deze stelde zijne talenten op prijs en riep hem in 1793 naar den schouwburg te Praag. Hoewel hij hier zeer werd toegejuicht, was zijn jaargeld niet voldoende voor hem en zijne echtgenoote, weshalve hij zich naar Augsburg en vervolgens naar Nürnberg begaf, zonder evenwel zijne omstandigheden te verbeteren. Dit werd anders, toen hij na het verlies zijner echtgenoote een tweede huwelijk sloot met de uitmuntende tooneelspeelster Elise Müller. Met deze ondernam hij aangename en voordeelige kunstreizen en zag zich eindelijk aan den Hof-schouwburg te Karlsruhe geplaatst.
In 1814 ging hij als regisseur naar Stuttgart en in 1818 als zoodanig naar München. Inmiddels liet hij zich scheiden van zijne vrouw, en toen hij zich daarna weder met eene in den echt verbond, die niet tot het tooneel behoorde, keerden de voormalige dagen van armoede terug, hoewel hij nog steeds in de voornaamste schouwburgen van Duitschland in gastrollen optrad en steeds veel bijval oogstte. Op zulk een togt overleed hij te Innsbrück, waar hij zijne kunstenaarsloopbaan begonnen had, op den 10den November 1840.
Hij was door zijne gestalte, door zijne welluidende, krachtige stem en door zijne levendige oogen uitnemend geschikt voor heldenrollen, doch ook in het burgerlijk tooneelspel, bijvoorbeeld in de stukken van Iffland, was zijn spel boven allen lof verheven.