Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 06-08-2018

Duméril

betekenis & definitie

Duméril (André Marie Constant), een verdienstelijk Fransch dierkundige, werd geboren te Amiëns den 1sten Januarij 1774, studeerde te Parijs in de geneeskunde, zag zich eerst benoemd tot prosector en in 1800 tot hoogleeraar in de anatomie en Physiologie aan de Ecole de médecine, nam in 1818 de lessen in de pathologie op zich en werd na den dood van Lacépède de plaatsvervanger van dezen aan het muséum voor Natuurlijke Historie. In 1806 werd hij lid van de Académie van Wetenschappen.

Tot zijne voortreffelijkste geschriften behooren: „Zoölogie analytique(1806)”, — „Traité élémentaire d’histoire naturelle (4de uitgave 1830, in het Nederlandsch vertaald onder medewerking van Kuyper van Waschpenning en in 1842 uitgegeven bij Sterk te Breda)”, — en vooral eene met Bibron bewerkte „Erpetologie générale (1834—1854,9 dln)”.— Ook zijn zoon Auguste Duméril heeft zich bekend gemaakt als een uitstekend physioloog.

< >