Dienger (Joseph), een uitstekend Duitsch wiskundige, werd geboren den 5den November 1818 te Hausen aan de Möhle, wijdde zich aan het onderwijs, en zag zich in 1838 geplaatst aan de R. Katholieke kantonschool te Disentis in Graauwbunderland. Na verloop van 3 jaar ging hij naar Genève, om er aan de académie zich te oefenen in taal- en wiskunde, bezocht de polytechnische school te Karlsbad en trad in Badensche staatsdienst. Eerst werd hij leeraar aan de hoogere burgerschool te Ladenburg en Sinsheim, daarna directeur van zoodanige school te Eltenheim, en in 1850 hoogleeraar in de wiskunde aan de polytechnische school te Karlsruhe.
Ten gevolge eener hersenziekte legde hij in 1868 zijne betrekking neder. Van zijne geschriften noemen wij: „Handbuch der ebenen und sphärischen Trigonometrie (3de uitgave 1867)”, — „Die Differentialund Integralrechnung (3de uitgave 1868)”, — „Integration der partiellen Differentialgleichungen (1862)”. — „Theorie und Auflösung der höhen Gleichungen (1866)”,— „Theorie der elliptischen Integrale und Functionen (1865)”, — „Grundrisz der Variationsrechnung (1867)”, — en „Studiën zur analytischen Mechanik (1863)”.
