Cuéva (Juan de la), een Spaansch dichter, werd geboren te Sevilla in 1550 en leefde nog in 1607. Hij heeft aan de meest verschillende dichtsoorten zijne krachten beproefd en het ontbrak hem noch aan kennis, noch aan dichterlijken aanleg. Vooral was hij meester van den vorm, zoodat zijne stukken wel eens wat vlugtig werden opgesteld.
Zijne Obras (1582)” bevatten lyrische gedichten, sonnetten, canzonen, elegieën enz., — en zijn „Coro Febeo de romances historiales (1587—1588)” niet minder dan 10 boeken met geschiedkundige romancen. Voorts gaf hij „Primera parte de las comedias y tragedias (1583 en 1588)”, — benevens „La conquista de la Bética (1603)”, een heldendicht in 20 zangen, in het licht.
