Britsch Columbia, voorheen Nieuw-Caledonië, is eene Engelsche kolonie in Noord-Amerika en gelegen tusschen het Rotsgebergte en den Grooten Oceaan en tusschen de Vereenigde Staten (ten zuiden) en voormalig Russisch Amerika (ten noorden). Het beslaat tusschen 49 en 55° N. B. eene oppervlakte van ruim 10000 □ geogr. mylen en telt ongeveer 75000 inwoners.
Het land bestaat hoofdzakelijk uit het stroomgebied van de Fraser-rivier en bevat eene aangename afwisseling van bergketens, dalen, vlakten, wouden en meren. Het Rotsgebergte aan zijne oostelijke grens verheft zich in de bergen Brown en Hooker ter hoogte van ongeveer 5000 Ned. el. Tusschen die beide gevaarten ligt de bergpas Commithee’s Punch-Bowl-Cleft (Athabasca-passage), en digt bij den Oceaan ontmoet men het Cascaden-gebergte of de Zuidzee-Alpen, die tot eene dergelijke hoogte verrijzen. Tusschen die beide ketens kronkelt de Fraser door eene diepe kloof; zij ontvangt de wateren der Thompson en Harrison en valt bij de hoofdstad Westminster in zee. Onder de talrijke meren heeft men eenige van aanmerkelijken omvang.
Het klimaat is er, vooral in vergelijking met de meer oostwaarts gelegene gewesten, ongemeen zacht. De bodem levert er goud, koper, ijzer, steenkolen enz., en in het dal der Fraser-rivier groepen reusachtige boomen, vooral eiken, dennen en Amerikaansche ceders, terwijl men in de dalen allerlei soort van graan, aardappels, peulvruchten, ooft enz. verbouwt. De belangrijkste dieren zijn er de pelsdragers, zooals bevers en marters, voorts heeft men er muskus-ratten, lynxen, beren, wild, vogels en vooral veel watervogels. De wateren wemelen er van visschen, en de zalm is er eene algemeene en gezochte spijs der Indianen. Deze laatsten behooren er tot den stam der Takelli (Carriers) en spreken een tongval der Chippeway. Aan de Fraser liggen onderscheidene forten, welke aan de Hudsonsbaai-compagnie toekomen.
Het land behoorde vroeger onder den naam van Nieuw-Caledonië tot het grondgebied van genoemde maatschappij, maar werd haar door eene parlements-acte van 2 Augustus 1858 ontnomen en onder dien van Columbia tot eene Britsche kolonie verheven. De ontdekking, een paar jaren te voren gedaan, dat er goud gevonden werd, gaf hiertoe aanleiding. Het is er in mijnen en in het zand der rivieren aanwezig. Van Corner's-eiland met 20000 inwoners is den 19den November 1866 bij Britsch Columbia gevoegd. Daar deze kolonie naast de bloeijende westelijke Staten van Noord-Amerika en tegenover het digtbevolkte China en Japan gelegen is, ontwaart men er eene ongemeene ontwikkeling, terwijl men haar eene schoone toekomst mag voorspellen.