Afkoop huurcontract is de gebruikelijke administratieve benaming voor de financiële verantwoording van de kosten, die eenmalig ontstaan voor de verhuurder van het (gedeelte van het) object, als gevolg van het voortijdig beëindigen van de huurovereenkomst van een nieuw aangetrokken huurder, die deze heeft lopen bij een andere verhuurder, door het afkopen van de aldaar lopende huurverplichtingen, dan wel − afhankelijk van de context − de kosten gemoeid met het voortijdig beëindigen van een lopende huurovereenkomst van een eigen, zittende huurder van het betreffende (gedeelte van het) object.
In het bedoelde tweede geval wordt uitgegaan van het uitkopen van een eigen zittende huurder. Dat kan nodig zijn om bijvoorbeeld ruimte te creëren voor een andere huurder, die van groter belang geacht wordt. Het kan echter ook gaan om een door een andere verhuurder uitgekochte eigen huurder, zoals bedoeld werd volgens de eerste interpretatie van het begrip. In dat geval gaat het dan niet om te maken kosten, maar om versneld geïnde huurinkomsten, dus om een opbrengst.
Wanneer het in deze gaat om − uit commerciële redenen geaccepteerde – kosten, dan zijn die te verrekenen als beheerkosten-diversen. Gaat het om een verkregen afkoopopbrengst, dan moet daaruit de huur opgebracht worden gedurende de periode van de mutatieleegstand.
