zweer - Zelfstandignaamwoord
1. (medisch) ontstoken plek, infectie
♢ Hij heeft een zweer op zijn hand.
zweer - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zweren
♢ Ik zweer
2. gebiedende wijs van zweren
♢ zweer!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zweren
♢ zweer je?
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: