zijpen - Werkwoord
1. (inerg) druipen, druppelen
♢ De kraan heeft urenlang gezepen.
2. ergatief druppelend ergens terechtkomen
♢ Kijk eens hoeveel er op de grond gezepen is.
zijpen - Zelfstandignaamwoord
1. meervoud van het zelfstandig naamwoord zijp
2. meervoud van het zelfstandig naamwoord zijpe
Woordherkomst
van het Middelnederlands siepen/sipen
Verwante begrippen
sijp, zijp, zijpe, sepelen, siepelen, sieperen, sijpelen, sijperen
Gepubliceerd op 30-10-2017
zijpen
betekenis & definitie