Gepubliceerd op 30-10-2017

zeiken

betekenis & definitie

zeiken - Werkwoord
1. (informeel) veelvuldig en langdurig klagen over weinig belangrijke zaken
Zit toch niet zo te zeiken!
2. (inerg) (dysfemisme) urineren
Die rotkater heeft weer op die plek gezeken.
3. (onpr), (informeel) stortregenen
Het zeikt buiten.

Woordherkomst
van Middelnederlands seiken

Synoniemen
[1] drammen, zaniken, zeuren
[2] plassen, urineren, wateren, pissen
[3] regenen

Verwante begrippen
zeik, zeikwijf, luchtzeik, paardenzeik, uilenzeik