wond - Zelfstandignaamwoord
1. (medisch) een beschadiging in of aan het lichaam
♢ Door zijn val had hij een diepe wond in zijn been.
wond - Werkwoord
1. enkelvoud verleden tijd van winden
♢Ik wond
♢Jij wond
♢Hij, zij, het wond
wond - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wonden
♢ Ik wond
2. gebiedende wijs van wonden
♢ wond!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wonden
♢ wond je?
Synoniemen
wonde
Gepubliceerd op 31-10-2017
wond
betekenis & definitie