Gepubliceerd op 31-10-2017

vrijloop

betekenis & definitie

vrijloop - Zelfstandignaamwoord
1. (werktuigbouwkunde) stand van de versnellingsbak waarbij de verbrandingsmotor vrij kan lopen zonder aandrijving van de wielen
2. (werktuigbouwkunde) mechanisme waardoor men bij een fiets de trappers stil kan houden terwijl de fiets toch rijdt

vrijloop - Werkwoord
1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vrijlopen
♢... dat ik vrijloop

Woordherkomst
samenstelling van vrij en loop

Verwante begrippen
freewheel, vrijloopkoppeling