tweeënzestigste - Rangtelwoord
1. nummer tweeënzestig in een rij.
♢ Hij viert morgen zijn tweeënzestigste verjaardag.
2. gedeeld door tweeënzestig.
Woordherkomst
Afgeleid van het hoofdtelwoord tweeënzestig met het achtervoegsel -ste
Gepubliceerd op 01-11-2017
tweeënzestigste
betekenis & definitie