tippelen - Werkwoord
1. (Jiddisch-Hebreeuws) op stelen uitgaan
2. (Jiddisch-Hebreeuws) in 'tippelen op': uit zijn op, gecharmeerd zijn van
3. (Jiddisch-Hebreeuws) bezig zijn met straatprostitutie
4. lopen, wandelen (met korte, vlugge pasjes)
♢ Jezus zei tot zijn discipelen: Wie niet fietsen kan moet maar tippelen
Woordherkomst
Herkomst: Bargoens
Gepubliceerd op 01-11-2017
tippelen
betekenis & definitie