Gepubliceerd op 02-11-2017

steeds

betekenis & definitie

steeds - Bijvoeglijk naamwoord
1. (verouderd) zoals in een stad, in tegenstelling tot landelijk
De nieuwe bewoners van het dorp zijn nog een beetje steeds, maar trekken wel bij.
Plattelandsbewoners vinden bepaalde steedse gewoontes losbandig.

steeds - Bijwoord
1. voortdurend
Omdat je die opmerking steeds herhaalt, word ik kwaad.

Woordherkomst
Genitief van stad

Uitdrukkingen en gezegden
♦ steeds minder


Synoniemen
stedelijk
voortdurend, altijd