merk - Zelfstandignaamwoord
1. een kenteken aangebracht ter identificatie van iets, (merkteken, teken)
♢ Je kunt dat merkje er nu wel afhalen.
2. (handel) een symbool of naam voor producten van een bepaalde producent of handelsonderneming
♢ Die computer is van een vrij onbekend merk.
merk - Werkwoord
1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van merken
♢ Ik merk
2. gebiedende wijs van merken
♢ merk!
3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van merken
♢ merk je?
Synoniemen
[1] herkenningsteken, identificatie, merkteken
[2] handelsmerk, logo, naambeeld, symbool
Verwante begrippen
cachet, zegel
Gepubliceerd op 04-12-2017
merk
betekenis & definitie