impuls - Zelfstandignaamwoord
1. innerlijke drang, opwelling bijv. een driftimpuls, dwangimpuls
♢ Meestal wint de ratio het over de dierlijke impuls.
2. (natuurkunde) een vector wiens lengte gelijk is aan het product van massa en snelheid
3. stimulering, een duw in de rug bijv. een groei-impuls, kwaliteitsimpuls
♢ Dalende olieprijzen zouden de Nederlandse economie een positieve impuls kunnen geven.
4. (elektrotechniek) kortstondige elektrische spanning of stroom (de ideale puls is oneindig kort en heeft een energieinhoud van één)
5. (medisch) wat door een zenuw als gevolg van een prikkel overgebracht wordt, zenuwprikkel
Synoniemen
[1] drang, aandrang, aandrift
Gepubliceerd op 04-12-2017
impuls
betekenis & definitie