Gepubliceerd op 13-11-2017

druppelen

betekenis & definitie

druppelen - Werkwoord
1. ergatief in druppels neervallen
Er is hars uit dat stuk hout gedruppeld.
2. (inerg) druppels laten vallen
Na die oogoperatie heb ik nog enige tijd gedruppeld, maar het was snel weer geheeld.
3. (ov) in druppels laten neervallen
Anna druppelde regelmatig vocht op de lamsbout.

Woordherkomst
Afgeleid van druppel met het achtervoegsel -en

Synoniemen
druipen