Gepubliceerd op 30-10-2017

bloeien

betekenis & definitie

bloeien - Werkwoord
1. (inerg) het dragen van open, actieve bloeiwijzen
- Als alle bloembollen bloeien, komen daar veel toeristen op af.
- Is dit de zwaarste tijd voor hooikoortspatiënten? Dat hangt er maar net vanaf voor welk soort stuifmeel iemand gevoelig is. Verschillende plantensoorten bloeien in verschillende periodes, eigenlijk het hele jaar door. Het weer, en dan vooral de temperatuur, is van grote invloed op de precieze timing.
2. (inerg) overdrachtelijk het bijzonder goed maken
- Onder deze koning bloeide de handel en de nijverheid en heerste er welvaart en tevredenheid.
- Ook de Friese instelling Alliade kwam onlangs in opspraak omdat directeuren opdrachten verstrekten aan hun eigen, of aan bevriende ondernemingen. Dat werpt de vraag op of dit wel uitzonderingen zijn, of dat er sprake is van een wijdverbreide praktijk waarin een verkeerde mentaliteit gelegenheid kreeg om te bloeien.

Verwante begrippen
floreren, bloesemen, , aarden, gedijen, tieren, vooruitkomen, welvaren, ontluiken