Gepubliceerd op 30-10-2017

blij

betekenis & definitie

blij - Bijvoeglijk naamwoord
1. vrolijk van stemming
Er waren veel blije mensen te zien bij de inauguratie van president Obama.
Zij was heel blij toen zij de goede uitslag van haar examen hoorde.

Synoniemen
vrolijk, tevreden, verheugd

Antoniemen
chagrijnig, bedrukt, somber

Verwante begrippen
blijspel