Gepubliceerd op 17-10-2017

-air

betekenis & definitie

-air - Achtervoegsel
1. ter vorming van bijvoeglijk naamwoorden gerelateerd aan de zelfstandig naamwoorden waaruit ze zijn zijn gevormd

Woordherkomst
Vrijwel steeds afkomstig van het Franse -aire, soms pseudo-Frans bijv. meubilair.
Bijbehorende uitgangen in andere talen: Duits -är of -arisch, Engels -ar en/of -ary, Spaans -ar of -ario, van waaruit ook vertaald kan zijn.
Allen verwant met het Latijn -aris