Gepubliceerd op 31-10-2017

afkorting

betekenis & definitie

afkorting - Zelfstandignaamwoord
1. (taalkunde) algemeen: het inkorten van een woord of een frase
Hij schreef dat woord op als een afkorting.
2. (taalkunde) in het bijzonder: een aanduiding van een woord of een woordgroep door een beperkt aantal letters, dat als het gehele woord of woordgroep wordt uitgesproken
Ir. is de afkorting voor ingenieur en n.a.v. is de afkorting voor naar aanleiding van.

Woordherkomst
Naamwoord van handeling van afkorten met het achtervoegsel -ing.

Bronvermelding
Alsjeblieft!
Dit artikel kreeg je van Ensie cadeau. Wil je ook bijdragen aan toegankelijke kennis?Word vriend van Ensie en ontvang een gratis encyclopedie!