Wat is de betekenis van Afkorting?

2023-10-02
Ensie Encyclopedie

Redactie Ensie (2022)

Afkorting

Een afkorting is een woord die of woordgroep dat niet volledig wordt uitgeschreven. De Woordenlijst Nederlandse Taal onderscheidt vijf soorten afkortingen. Bij de afkortingen in de engere zin worden de woorden voluit uitgesproken bij het voorlezen: e.d. wordt dan en dergelijke. Wetenschappelijke notaties of genormeerde korte schrijfwijzen worden sy...

2023-10-02
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

afkorting

afkorting - Zelfstandignaamwoord 1. (taalkunde) algemeen: het inkorten van een woord of een frase Hij schreef dat woord op als een afkorting. 2. (taalkunde) in het bijzonder: een aanduiding van een woord of een woordgroep door een beperkt aantal letters, dat als het gehele woord of woordgr...

Direct toegang tot alle 16 resultaten over Afkorting?

Word nu vriend van Ensie
2023-10-02
Begrippen Over taal

Taaladvies (2017)

Afkorting

Een afkorting is een woord dat niet volledig wordt geschreven, maar wordt aangeduid met minder letters, doorgaans de beginletter(s). Ook een woordgroep kan worden afgekort. Voorbeelden: ds. (dominee), tv (televisie), NAVO (Noord-Atlantische Verdragsorganisatie). Afkortingen in ruime zin worden vaak ingedeeld in echte afkortingen, letterwoorden, ini...

2023-10-02
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

afkorting

afkorting - zelfstandig naamwoord uitspraak: af-kor-ting 1. woord of groepje woorden dat korter gemaakt is ♢ a.u.b. is een afkorting van alstublieft 1. echte afkorting [afkorting die niet afgekort...

2023-10-02
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

afkorting

afbetaling Zwijg, Richard, gij zijt een gelukkig mens. Gij hebt uw vrouw. Voor u is het levensprobleem opgelost: Een vrouw en een slaapkamer, op afkorting. (Paul van Ostaijen, De trust der vaderlandsliefde) Geen Algmeen Nederlands Gangbaarheid: 6 Vlaamsheid: 1

2023-10-02
Groot Retorisch woordenboek

Paul Claes, Eric Hulsens (2015)

afkorting

syn. abbreviatie; vgl. verkorting↗, letterwoord↗. Grafische figuur, weglating van letters in een of meer woorden, bv. dhr. (de heer), nv (naamloze vennootschap). De ontbrekende letters worden soms aangevuld door een of meer punten (puntenreeks↗). Een lijst van Nederlandse afkortingen: T. de Boer en M. de Smit, Van Dale afkortingen. Functies: 1)...

2023-10-02
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

afkorting

(de, -en) in België ook: afbetaling, aflossing, termijn. - iets op afkorting kopen/betalen, iets op afbetaling kopen, iets in termijnen betalen. - betaalbaar in drie maandelijkse afkortingen, betaalbaar in drie maandelijkse termijnen.

2023-10-02
Termenlijst taaluniversum

NN (2000)

Afkorting

1. Een afkorting is een woord dat niet volledig wordt geschreven, maar wordt aangeduid met minder letters, doorgaans de beginletter(s). Ook een woordgroep kan worden afgekort. Voorbeelden: ds. (dominee), tv (televisie), NAVO (Noord-Atlantische Verdragsorganisatie). Afkortingen in ruime zin worden vaak ingedeeld in echte afkortingen, letterwoorden,...

2023-10-02
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

afkorting

zie: abbreviatuur.

2023-10-02
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

afkorting

Afbetaling, aflossing; termijn. Bep. in de verb. iets op afkorting kopen, betalen, iets op afbetaling kopen, iets in termijnen betalen. Het was een eenvoudige huisklok zonder overtollige praal, door Merten Claes op afkorting gekocht te Schaffen in de eerste jaren van zijn huwelijk, BONI 1948, 32. Wij kunnen ook met gemakkelijke betalingsvo...

2023-10-02
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Afkorting

s., ôfkoarting.

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Afkorting

v. (-en), 1. het korter maken ; 2. (w. g.), mindering, het verminderen van een rekening, een loon enz. : (Zuidn.) iets op afkorting betalen, in mindering ; 3. afgekort woord of woorddeel, verkorte uitdrukking gevormd door de eerste letter of letters van het woord gevolgd door een punt, of door een bepaald teken : in advertentiën le...

2023-10-02
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

afkorting

v. -en, het afkorten: de afkortingen aan het hoofd v. d. nieuwe letter; Z.-N. iets op afkorting betalen, op afrekening.

2023-10-02
Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Afkorting

Verkorte notatie, abbreviatuur. Zie ook col..... unis., versieringen, arpeggio, rust, etc.

2023-10-02
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

afkorting

('af) v. (-en) 1. Eig. het afkorten. Syn. abbreviatie. 2. Metn. afgekort woord of uitdrukking.

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Afkorting

AFKORTING, v. (-en), het korter maken; — het verminderen van eene rekening, een loon, enz.: (Zuidn.) iets op afkorting betalen, tot afkorting; — het afbetalen op eene schuld; — een afgekort woord of uitdrukking : in de advertentiën leest men vaak de afkorting z. b. b. h. h. — zijne bezigheden buitenshuis hebbende.