Gepubliceerd op 31-10-2017

aaneenbinden

betekenis & definitie

aaneenbinden - Werkwoord
1. (ov) met touw of koord bundelen
Hij had de schoenen paarsgewijs met de veters aaneengebonden.
2. (refl) aan elkaar vastbinden (ook fig.)
Momenteel is er een klein groepje landen dat zich nauw aaneenbindt.

Woordherkomst
samenstelling van aaneen en binden

Verwante begrippen
aaneenrijgen, koppelen, samenbinden, verbinden