Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

Gepubliceerd op 03-08-2017

wielerbaan

betekenis & definitie

(de; wielerbanen) - (overdekt) ovaal, symmetrisch gevormd wedstrijdtraject (parcours), bestaande op de lange zijden uit rechte stukken met flauwe hellingen en op de korte zijden uit kombochten met steile hellingen, waarop baanwielrenonderdelen worden afgewerkt, syn. piste, velodroom.

• De lengte van de baan moet liggen tussen de 133 meter en de 500 meter inclusief. De lengte van de baan moet zodanig zijn dat een aantal volledige of halve ronden op een afstand uitkomt van precies 1 kilometer, met een tolerantie van + 5 centimeter. Voor wereldkampioenschappen en Olympische Spelen moet de baanlengte liggen tussen de 250 meter en 400 meter. (...) Baanwedstrijden kunnen worden georganiseerd op wielerbanen die, afhankelijk van (bouw)- aard, inrichting, lengte en voorzieningen, in de volgende klassen worden ingedeeld: a. een A-baan indien deze geschikt is bevonden voor alle soorten baanwedstrijden inclusief wedstrijden met motorgangmaking achter alle bestaande soorten gangmaakmotoren; b. een B-baan indien deze geschikt is bevonden voor alle soorten baanwedstrijden en wedstrijden met motorgangmaking achter gangmaakmotoren met een maximale cilinderinhoud van 650 cc; c. een C-baan indien deze geschikt is bevonden voor alle soorten baanwedstrijden en wedstrijden met motorgangmaking achter zgn. demp’s en brommers met een maximale cilinderinhoud van 100 cc; d. een D-baan indien deze geschikt is bevonden voor alle soorten baanwedstrijden met uitzondering van wedstrijden met motorgangmaking. (KNWUR)

baanwedstrijd