Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

Gepubliceerd op 02-08-2017

kramp

betekenis & definitie

(de; -en) - ziekelijke, onwillekeurige samentrekking van een of meer spieren die kortere of langere tijd kan duren of zich kan herhalen, en die vaak met pijn gepaard gaat.

• Bij het Nederlands kampioenschap voor nieuwelingen in het Limburgse Munstergeleen moet Erik Dekker zich bewijzen op de heuvels. Onbekend terrein als je uit het vlakke Drenthe komt. Hij krijgt kramp tot achter zijn oren tijdens het klimmen en eindigt als 32e. (COLSO)