Todo-djaki,[/i] N.E. Een tot de familie der Cystignathidae behoorende kikvorsch; de vingers, van welke de binnenste tegenover de anderen kan worden geplaatst, zijn niet door zwemvliezen verbonden; daarentegen strekken de zwemvliezen tusschen de zeer lange teenen zich uit over de geheele lengte.
Dit dier leeft uitsluitend in het water en is gedurende het leven schoon olijfgroen gekleurd met bronskleurige en helder groene vlekken; de onderzijde is helder geel gekleurd met bruine vlekken op den buik en bruine langsstrepen op de dijen. Deze mooie heldere kleuren verdwijnen zeer spoedig na den dood, en het dier is dan dofbruin gekleurd met onduidelijke donkere vlekken. Het volwassen dier kan eene lengte van 5-6 cM. bereiken.Veel meer bekend dan het volwassen dier zijn de larven van deze soort, die reusachtige afmetingen kunnen bereiken. Er zijn larven bekend, welker achterste ledematen zoo even zijn doorgebroken, die de lengte van 2,5 dm. bereiken, van welke lengte % door den staart wordt ingenomen, die van een zeer hooge rug- en aarsvin is voorzien. In dit stadium heeft de larve hare grootste lengte bereikt, en gaat nu bij voortgaande ontwikkeling achteruit in volume. Toch zijn er exemplaren gevonden met 4 ledematen, van welke de achterste reeds goed ontwikkeld waren, die nog eene totale lengte van 1.7 dm. hadden; de breede rug- en aarsvin zijn dan reeds belangrijk geslonken. Tegen dat het dier zijn volkomen gedaante gaat aannemen is de grootte reeds tot ⅕ van de grootste larve gereduceerd.
Th. W.v.L.d.J.
