DUIVEN. In Suriname komen slechts weinig soorten in het wild voor.
De inlandsche naam voor duif is doifi, op Curagao paloma. De soorten van het geslacht CHAMAEPELIA staan bekend als steenduifjes (N.E. Stondoifi.) Een van de meest voorkomende duifsoorten in Suriname is Chamaepelia talpacoti, zoo groot als een leeuwerik, bruin van kleur met grijzen kop en eenige zwarte vlekjes op de vleugels. Ch. passerina is nog kleiner, meer grijsbruin en vooral gekenmerkt door de geschubde teekening op de borst (in Suriname tortelduif genoemd). Van gewone duifgrootte is Columba rufina, grijs en violetbruin, met fraaie metaalkleur aan den achterkop. Een fraaie, zeldzame soort is C. speciosa, bruin, met fraaigeschubde hals en borst. Leptoptila rufaxilla is van boven bruin met olijfgroenen glans, van onderen licht wijnkleurigbruin met witte keel en buik, en roestroode onderdekveeren van de vleugels.Op Curacao is zeer gewoon Chamaepelia perpallida, veel gelijkend op Ch. passerina, en aldaar Tortolica genoemd.