SABASIESCHE FEESTEN. Deze mysteriën hadden den naam ontleend van het woord Sabasius, een bijnaam van BACCHUS, afkomstig van eene stad in Phrygië, waar zijne eerdienst was gevestigd. Ook van de Sabasiesche feesten was BACCHUS de hoofdpersoon. De Priesters of beambten dier mysteriën heetten besten; zij verzinlijkten in die mysteriën, welke des nachts werden gevierd, een tooneel uit het leven van een der goden, en deed men daarbij eene gouden slang glijden in den boezem van den Kandidaat. Die mysteriën bleven bestaan tot in den laatsten tijd van het Heidendom, maar waren toen zeer verbasterd, en van zoodanigen aard geworden, dat ze uit Rome werden geweerd, gelijk ze ook in Griekenland werden verboden.
Desniettemin kwamen ze onder DOMITIAAN, hoewel voor korten tijd, in Rome weder ten voorschijn; de kreten waren dezelfde, als in de Orphiesche feesten. Zie dat Art.