Woordenboek voor vrijmetselaren

W. de Grebber (1844)

Gepubliceerd op 22-09-2020

Processie

betekenis & definitie

PROCESSIE. Feest-optogt, of openlijke omgang bij bijzondere gelegenheden, als het leggen van grondsteenen van voorname gebouwen, bij begrafenissen en dergelijke, in Maçonnieke orde en kleeding, waarbij de Ordeteekenen vooruit worden gedragen, is alleen in Engeland en Schotland gebruikelijk, waar niet zelden de koninklijke Prinsen, deputatiën der burgerlijke overheden en de aanzienlijkste personen des rijks zich er bij aansluiten. In LAWRIE's Geschiedenis, wordt onder den 30sten November 1802, eene processie te Edimburg vermeld, van meer dan 1200 BBD Nog in 1819 (23 Sept.) waren te Bath, bij gelegenheid der inwijding eener nieuwe Loge, de Eng. Gr. M., Hertog van SUSSEX, de Iersche Gr.

M., Hertog van LEICESTER, onderscheidene Engelsche Prov. GG. MM. en omstreeks 900 VV. MMD bijeengekomen, en trokken met hunne Maç.: versierselen, en de zinnebeelden hunner verschillende posten bekleed, in processie van het stadhuis naar het nieuwe Logegebouw. In andere landen hebben de openlijke processiën der Vrijmetselaren uiterst zeldzaam plaats gehad; intusschen plegen vele Loges het gebruik te hebben, op zekere dagen, binnen het Logegebouw processiën te houden, bijzonder op den 24sten Junij, den St. JOHANNES-dag, en ook bij gelegenheid van rouwfeesten.

< >