Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Gepubliceerd op 09-03-2021

In-

betekenis & definitie

[Lat.]

1 als voorvoegsel vóór werkwoorden en daarvan afgeleide woorden: erin, erbij, erop (bijv.: includeren, inclusie, inclusief);

2 vóór zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden: on-, niet- (bijv.: indigestie, indirect, inacceptabel) (n wordt m vóór b, p en m; wordt I vóór I; wordt r vóór r).