[Gr. euphèmismos, van eu-phèmein = goed-spreken, dat is slechts goede woorden uiten, storende geluiden vermijden; euphèmos - onheilspellende woorden vermijdend; verzachtend (spreken)] verzachtende term of uitdrukking voor
a iets onaangenaams of discriminerends, bijv:, arbeidsreserve voor werklozen, gastarbeider voor buitenlandse arbeider;
b iets dat men aanstootgevend of onwelvoeglijk vindt klinken, bijv.: zijn handen wassen voor urineren;
c iets dat men vreest, bijv: ontslapen of heengaan voor doodgaan, sterven.
