Vreemde woorden in de Sterrenkunde

Prof. Dr. P.H. van Laer (1942)

Gepubliceerd op 30-09-2020

Canis Maior

betekenis & definitie

Canis Maióris, CMa, - Grote Hond, (Alm). Vert. v.

Gr. Kuwv (Kyoon) = Hond. (Lat. canis = hond; maior = de grotere). Dit sterrenbeeld is waarschijnlijk van Egyptische oorsprong, waar de ster Sothis = Sirius in hoge verering stond.Canis Maióris = Hondsster; of Canicula (= Hondje; dem. v. canis) of Sothis (= Gr. (Soothis); < Eg. spdt); en vooral Sirius (Lat.; = Gr. seirios = heet, brandend van zonnehitte). Zo werd de zon Gsipioc; genoemd, en ook wel alle sterren, vooral echter de schitterende ster van de Grote Hond. Uit de Ar. schrijfwijze van deze naam {si'ra) zijn ontstaan de namen Sheere, Schira en Aschere.

Mirza{m) (< Ar. murzim = (de) grommende).

Muliphein (< Ar. muhlifain (gen. -acc. dual.) = de beide sterren, die een eed uitlokken, aanleiding geven tot een eed). Het is niet zeker, bij welk paar sterren deze naam oorspronkelijk heeft behoord. Het waren twee sterren die opgingen vóór de ster suhail; dan meenden de mensen van elk van beide sterren dat het suhail was, en de een zwoer dat het deze ster was en de ander dat het niet zo was. Naderhand is de naam overgegaan op y Canis Maioris.

Wezen (< Ar. wazn = gewicht, de zwaar wegende; misschien, omdat zij niet hoog aan de hemel stijgt).

Adara (< Ar. 'adra' = maagd).

Phurud(< Ax.furüd = individuen, plur. v. al-fard = de enkeling; bet. de geïsoleerde sterren, los van het sterrenbeeld; misschien < Ar.

Qurüd = apen; zo heten bij de Arabieren deze ster + enige sterren van Columba).

Aludra (< Ar. al-'adra’’ = de maagd; of < Ar. al-'udra = de haarlok).

De sterren 8, s, TJ en o werden door de Arabieren als maagden beschouwd.