Gepubliceerd op 16-11-2020

Witte Kwikstaart

betekenis & definitie

Motacilla alba Linnaeus 1758. Slanke zwart-wit-grijze Zangvogel met een lange staart, waarmee hij voortdurend op en neer wipt ('kwikt').

De soort was vroeger bij het volk zeer bekend (met veel volksnamen), maar kan slecht aarden in moderne menselijke nederzettingsvormen, en neemt dientengevolge sterk in aantal broedparen af. Bij Linnaeus 1758 was het de twaalfde van al zijn 'Kwikstaarten' "Motacilla", waartoe hij nog tal van andere soorten rekende, die men nu geen Kwikstaarten meer noemt. In de wetenschappelijke naam, die sinds Linnaeus 1758 ongewijzigd bleef, staat Motacilla voor 'bewegende staart' en alba voor 'wit'. Een meer gekleurde tegenhanger van de Witte is de Gele Kwikstaart Motacilla flava, die ook zeer bekend was in landbouwgebieden. Houttuyn 1763 geeft als officiële N naam op: Witte Kwikstaart. Hierin is sindsdien geen verandering opgetreden, zij het dat men vaak de naam pleegt te verkorten tot Witte Kwik.

DeVK (c.1618) geeft als naam op "QUICK-STEERT. sax. quickstert." Welke soort hiermee precies werd aangeduid is dus niet duidelijk. Maar vermoedelijk was dit toch de vertaling van Lat Motacilla, onder welke naam in Jonstonus 1660 de Gele én de Witte Kwikstaart vermeld staan. Fries Boumantsje ←. Zie verder sub Kwikstaart.