Vlaamse naam voor de Rietgors te St.-Gillis-bij-Dendermonde (OVl) [WVD 1996]. Hier kan kemp 'hennep' zijn, gezien de combinatie met -vink.
Of Rietgorzen nou zo dol zijn op Hennepzaad, is twijfelachtig. Eerder zal het zo zijn dat de naam een 'foute' toepassing vond, en dat eigenlijk de Kneu Carduelis cannabina (=Hennepvink, ←) bedoeld werd. Maar Wilms [981018,1] wijst op de goede mogelijkheid dat kemphier in dezelfde betekenis opgevat kan worden als in Kempliester. De Rietgors is weliswaar gebonden aan Riet, maar vertoeft ook dikwijls, vooral op de trek, op het open veld, vooral als daar onkruidzaden te vinden zijn.Aangezien Rietgorzen niet speciaal bekend staan om hun vechten (kempen), is een derde explicatie, die de voorkeur verdient bij de Kemphaan, hier niet van toepassing.