Gepubliceerd op 16-11-2020

Houtsnip

betekenis & definitie

Scolopax rusticola Linnaeus 1758. Doorgaans in het bos (=hout) verblijvende soort van Snip.

De soort broedt in de Lage Landen en trekt er door, maar heeft een tamelijk verborgen levenswijze. Desondanks is het een al lang bij de mensen bekende vogel, helaas vooral door de jacht. Deze soort was in het spel bij verordeningen aangaande de vangst in bossen met behulp van netten, zoals te vinden in het Placaet Generael van 26 december 1517 [Brouwer 1954 p.6]. De naam van de vogel wordt daarin niet genoemd, maar wel is sprake van een ww. snippen '(Hout)Snippen vangen' en van Sniphanghen 'uitgekapte banen in het bos waar de flouwen ( = Snippennetten) geplaatstwerden'. De VK (c.1618) noemt Hout-sneppe, met toevoeging "... rustica. sax. holtschnippe."Houttuyn 1763 Houtsnep: "Te vooren hadt LINNAEUS deezen onder de Wulpen betrokken. Hy heet by de Schryvers, in 't algemeen, Scolopax en wordt van sommigen ook Rusticola of Perdix Rustica, dat is Boeren-Patrys, getyteld. 't Is die Vogel, welken de Franschen, in 't algemeen, Becasse, de Engelschen Snipe, de Duitschers Schnepff en wy Nederlanders Snep, of, tot onderscheiding van den Poelsnep, Hout Snep heeten." Schlegel 1852 geeft "DE HOUTSNIP".

Het benoemingsmotief in het D loopt min of meer parallel aan dat in het N. De VK noemt ook in het D (saksisch) het element holt al (zie boven), welk preciserend element kennelijk ook wel weer werd weggelaten (vgl. sub Houttuyn). Schlegel 1844 noemt D Gemeine Waldschnepfe (>D Waldschnepfe).

Houtsnip is ook de officiële friese naam [De Vries 1911; deze had als tweede naam Waldsnip; Boersma 1972]. Eerder al bij Knoop 1763: "Houtsnippen" (mv.) [ViFp.664].

Veel buitenlandse namen hebben een element met de betekenis 'bos', zoals R BantflmHen Wal’dsjnep (<D!), E Woodcock, F Bécasse des bois, tsjechischSlukalesni.