Gepubliceerd op 16-11-2020

Flamingo

betekenis & definitie

(1) Phoenicopterus roseus Pallas 1811. Deze werd ook wel Europese Flamingo genoemd [Grzimek 1973] en in het zuid N Steltzwaan [Kist 1954]; bij Houttuyn 1763 was het: Roode Flamingo.

Flamingo is ook de officiële friese naam [Boersma 1972].

Vroeger was de wetenschappelijke naam anders: Phoenicopterus ruber roseus, namelijk toen de Flamingo nog werd gezien als een ondersoort van Phoenicopterus ruber Linnaeus 1758.

(2) Algemene benaming voor de zes soorten uit de familie der Phoenicopteridae, tevens de orde der Phoenicopteriformes [Grzimek 1973 p.577; DB 19:193(1997)].

ETYMOLOGIE NFlamingo (1646 [Sijs]) <portugees Flamingo <Sp Flamenco1 <?> provengaals Flamenc >F Flamant2 1534 'Flamingo'. E Flemengo (bij Hakluyt 1565) is geleend, ws. uit het Sp. Percyvall 1591: "flamenco: a fleming, a kinde of birde like a shoveler; Belga."

Le Robert 1993, C&C 1995 en vDE 1993: <Lat flamma 'vlam', duidend op de vuurrode veerpartijen op de vleugel, die ter weerszijden van de vliegende vogel als vlammen op en neer dansen. Dit is weliswaar ook de motivatie voor de wetenschappelijke naam: Gr ^óivif; phoinix '(purperrood', Gr nxepóv pterón 'vleugel', maar Corominas 1954 (geciteerd in Lockwood 1993) en Weekley 1967 stellen dat men de vogel er in Spanje (eventueel ook Portugal en/of de Provence) er vond uitzien als een Vlaming en hem daarnaar noemde; te denken valt dan aan de lichtrode gelaatskleur van de Vlaming die men met de kleur van de vogel vergeleek.

De etymologie is dus thans niet eenduidig; dat was hij ook bij HG 1667 niet: "Er [Doctor Geßner] vermeint auch daß er den Frantzösischen Nahmen von der rothen Farb seines Schnabels, der Beine und die Flügel bekommen habe [dan <flamma 'vlam'] oder daß er zu Winterszeit auß Flandern in die Narbonensische Provintzen fliegt, dann die Frantzosen heissen einen Flanderer Flamman." Bij de laatste optie speelt dus het woord voor 'Vlaming' een andere rol dan hierboven aangenomen: de vogel zou naar de Vlaming genoemd zijn omdat hij uit Vlaanderen (of althans noordelijk van Narbonne (Frankrijk) gelegen streken) afkomstig was. Vgl. voor hetzelfde benoemingsprincipe: Bemer en Frisone sub Frioen.

Als de afleiding van Lat flamma klopt, kan het haast niet in het Sp of portugees het eerst tot uitdrukking zijn gekomen, omdat de woorden voor 'vlam' in deze talen (nu) luiden llama resp. chama. In portugees Flamingo zit bovendien het germ -ing, zodat bij dit woord moeilijk aan iets anders dan 'Vlaming' gedacht kan zijn. 1

1 De flamenco 'spaanse zigeunerdans' is geleend; het is het Sp woord Flamenco 'Vlaming, zigeuner'. Het woord is in het N pas zo laat als 1956 aangetroffen [Sijs 2001].
2 De etymologie van F Flamand 'Vlaming': <oudf flameng (1080) <ohd flaming, <oudengels flæming of <oudnoords Flæmingi. Vlaanderen <germ *flauma 'overstroomd land'.