De geelgors is een stand- en zwerfvogel van diverse halfopen landschappen, zoals licht beboste heide, bosranden en agrarisch gebied met heggen, houtwallen en grazige wegbermen. Geelgorzen worden vrijwel uitsluitend aangetroffen in het oosten van het land. De Nederlandse broedvogels blijven hoofdzakelijk in eigen land en vormen wintergroepen op voedselrijke plekken. In uitzonderlijke gevallen gaat het om vele honderden of zelfs meer.
Geluid
Zang van mannetje duidelijk herkenbaar: een strofe die wat doet denken aan de 5e symfonie van Beethoven "dzi-dzi-dzi-dzi-dzèèèè". Heeft diverse roepjes maar vaak korte scherpe rollertjes. Meest gehoorde roep is een kort scherp "tsit", een andere roep is een kort en tikkend "plt".
Leefgebied
Kleinschalig boerenland met houtwallen, singels en bosjes, heide met opslag, hoogveen met opslag, drogere zandgronden. Maakt altijd gebruik van hogere (solitaire) bomen als zangpost, en broedt graag in een insect- en zaadrijke omgeving.