De bontbekplevier is een pionier van open, zandige en slikkige plaatsen. Het kop- en borstpatroon en de geel-zwarte snavel zijn opvallend. Maar als een bontbekplevier broedt op een schelpenstrand is hij bijzonder goed gecamoufleerd. Zeldzame broedvogel van Rode Lijst die broedt op kwetsbare plaatsen op de grond: strand met veel schelpen, zandbanken e.d. Trekt wel algemeen door, vooral in het Waddengebied.
Geluid
Zacht, fluitend "tjoe-wíe" (laag-hoog). Baltsroep in vlucht ritmisch, waarbij man vliegt met langzame vleugelslagen.
Leefgebied
Nestelt vooral in kustgebieden met enige dynamiek en lage of spaarzame vegetatie en veel slik: kwelders/schorren, pas aangelegde eilanden, rustige stranden, ook wel opspuitterreinen en akkers met veel kale grond (Flevoland). Verdwijnt vaak weer als broedvogel als door successie van de vegetatie het broedgebied ongeschikt wordt.
Buiten de broedtijd op vooral wadplaten, stranden, natte akkers, graslanden met plasjes.